Echte mannen……

In 1972 wist John Berger nogal wat beroering te weeg te brengen. Vanuit zijn visie op schilderijen liet hij zien dat mannen naar vrouwen kijken met de blik van een bezitter. De vrouw wordt geobjectiveerd als een begeerlijk voorwerp. Wat vooral ook beroering wekte was zijn opmerking dat vrouwen zichzelf beoordelen met de blik van ‘de ander’. Met andere woorden vrouwen beoordelen zichzelf vooral op het uiterlijk hoe ze overkomen bij anderen. De make-up en kledingindustrie spint hier garen bij. Maar hoe zit het dan met mannen? Een opmerkelijk verschil is dat we nooit spreken over ‘echte vrouwen’, hoogstens over ‘vrouwelijk’, maar wel over ‘echte mannen’. Wat zijn echte mannen? De reclame weet er wel weg mee.

Als ‘echte man’ gebruik je blijkbaar dit soort geurtje. Maar wat zegt dat? Guus Meeuwis heeft een nummer dat ons op weg helpt:

Echte mannen praten niet ze zeggen
Kom maar binnen drink nog eentje met me
Maken plannen om de wereld te gaan redden
Maar gaan toch weer naar huis
Toch weer naar huis

Wat zegt hij hier? Ik interpreteer het zo: Mannen gaan niet ‘echt in gesprek’ met elkaar. Ze zeggen wat en de ontmoeting, de solidariteit wordt zichtbaar in het concrete samen een biertje drinken. Ze hebben geen woorden nodig. En waar het dan wel over gaat, ach, dat maakt niet uit, het is wat commentaar op de wereld, maar ze gaan daarna gewoon weer naar huis. Op zich is daar niets mis mee, maar dan komt het:

Een bron van al m’n frustraties is dat ik niet kan uiten hoe graag ik haar zie. En als we eerlijk zijn, is dat het moeilijkst want ik weet ik lijk wat apatisch. Maar dat is hoe ik het geleerd heb
Niet alsof ik niet geprobeerd heb
Denk dat ik iets te lang emoties geweerd heb
Echte mannen zijn niet goed in zulke dingen leren

Met andere woorden: mannen zijn niet goed in staat om hun gevoel van liefde onder woorden te brengen. (In het Vlaams betekent ‘ik zie u graag’ hetzelfde als in het Nederlands ‘ik hou van je’.) Ze hebben juist geleerd om dat niet onder woorden te brengen. Ze proberen het wel, maar het lukt niet. Daarmee wordt de vinger op de zere plek gelegd: mannen hebben niet geleerd om over hun gevoelen te praten. Dat is niet ‘mannelijk’. Echte mannen doen dat niet.

Wat doen ‘echte mannen’ dan wel. Ze zijn stoer. En liever dan hun gevoelens te tonen zetten ze een pokerface op. Je laat niet werkelijk zien wat je werkelijk voelt. Niet als je teleurgesteld bent, maar ook niet als je ontzettend blij bent, ontzettend veel van je vrouw houdt of wat dan ook. Met andere woorden je bent geen man, je moet het nog worden. Als kind moet je juist afleren om je gevoel te uiten, pas dan kun je een echte man worden. Racoon heeft hier ook een mooi lied over:

Hij beschrijft een serie teleurstellingen en hoe reageer je dan: Dus zeg me Wie het verste piesen kan Wie is het mietje, wie de man Je lokt de baas niet uit de tent Dus zeg me, wie is een echte vent Met andere woorden, wie houdt zich groot. En wie is het ‘mietje’ dat wel zijn emoties toont.

Er zijn nogal wat mannen zo opgegroeid. Dat hoeft niet eens in het ouderlijk huis te gebeuren, de omgeving helpt wel een handje mee. De gevolgen zijn ingrijpender dat op het eerste gezicht lijkt. Waar jongens van kind af aan leren om hun gevoelens niet te mogen uiten slaan ze het naar binnen op. Ze leren om het niet meer te tonen. Alleen, zoals met alles, je gevoelens tonen is ook iets wat je moet leren om het op een volwassen manier te doen. Als je dat niet leert, dan kan het je een leven lang je parten blijven spelen. Hoe komt het er dan uit?

Laten we eerst vast stellen dat emoties altijd een uitweg zoeken. Is het niet via de voordeur, dan is het wel via de achterdeur. De voordeur is dat het wel op tafel komt, dan je wel zichtbaar en/of hoorbaar maakt wat je voelt. De achterdeur is dan het terug komt op een wijze die je niet meer zelf in de hand hebt. Dat kan op verschillende manieren. Soms komt het er uit met dat mannen overmatig veel gaan gewoontedrinken of bij gelegenheid zuipen. Een ander vorm is agressie, zoals nogal eens gebeurt bij voetbalwedstrijden. Het kan ook door lomp gedrag of grof taalgebruik. Ook dat zijn manieren om ‘stoer’ over te komen. Een passieve vorm is als mannen vervallen in zwijgen. Dat kan op het werk zijn. Dan kan het overkomen als stuurs of teruggetrokken gedrag. In relaties leidt het geregeld tot veel ellende. Met de regelmaat van de klok heb ik vrouwen in mijn gesprekskamer die klagen dat hun man niet met hen wil praten over gevoelens. Hij kan luisteren, maar komt meteen met oplossingen. Laat staan dat hij over zijn eigen gevoelens praat. En dan komt het er uit door te zwijgen, soms dagen lang, of door woede-uitbarstingen. Ook in de intimiteit komt het dan terug. In het vrijen draait het dan vooral om het ‘klaar komen’, wat meestal snel gebeurd is. Daarna zakt de man terug in passiviteit. Het korte moment van intiem  gevoels-contact is voorbij voordat je het weet. Als dat een patroon wordt vervlakt ook het vrijen en wordt het, als het stel het al blijft volhouden, steeds minder. De vrouw voelt er steeds minder bij, de man voelt dat natuurlijk haarfijn aan. De glans gaat er af. Als er dan nog wat spanning in de relatie bij komt wordt het al snel koud in bed en daar buiten.

Toch is er nog wel wat meer van te zeggen. Ik ben er van overtuigd dat de meeste mannen uitstekend in staat zijn om hun gevoelens te laten zien. Alleen, ze doen dat anders dan vrouwen. Ze hebben een andere taal. Maar op het vlak van de emoties is de taal van vrouwen normatief. Dat vindt je ook terug in veel therapievormen waarin mannen geacht worden ‘over hun gevoel te praten’ of die op te schrijven in een notitieboekje. Voor sommigen kan dat best werken, ik heb er wat minder mee. Ik geef er de voorkeur aan om mannen vertrouwd te maken met hun eigen taal. Dat is meestal met minder woorden, veel minder uitgebreid, en ook veel minder gedetailleerd. Het levert veel op als hun vrouw ook leert om die taal te waarderen. Natuurlijk ook omgekeerd: mannen kunnen leren anders te luisteren naar hun vrouw. Ze kunnen het! (Als ze maar meer hun mond houden, niet met oplossingen en analyses komen, en meer met een knuffel.)

Het probleem is dat onze cultuur wat dat betreft nog wel wat emancipatie kan gebruiken. De emancipatie van de man in dit geval. Want ‘echte mannen’ bestaan niet.